|
Valencia, Pont de l'Assut de l'Or |
Maar eerst: een restje Dénia ...
De laatste dagen in Dénia. Terwijl we dit blog vanuit huis schrijven waait de noordwester je om de oren en is het zonder regenpak een heikele zaak om je buiten te begeven. Af en toe bekijken we het weerbericht van Dénia, soort van zelfkastijding. We constateren dat de avonden en nachten te koud zijn om lol te hebben, ook al is het overdag zonnig en 15+. We troosten onszelf met het verhaal over de laatste flinke wandeling. Het is het verhaal van de slang!!!!!!!!!!!!!!!!
Al het overige, dat het een mooie wandeling was in de Sierra Segaria, fijne karstheuvels, mooie oversteek over een zadel, het valt in het niet bij het avontuur van Hans en Marleen in de séquia (Valenciaans voor acequia 😊). Ter introductie: de omgeving: klik!
|
Sierra Segaria |
Een séquia is een door de lokale gemeenschap aangelegde en onderhouden irrigatiewerk. Voor wie wel eens in het Portugese geweest is: daar heten ze levada.
|
In de séquia van de Sierra Segaria |
Hoe het ook zij, na een flinke klim liepen we monter door de vrijwel vlakke séquia, die in feite bestond uit een betonnen vloer met opstaande randen: een mooi pad van zo'n 50 cm breed. De séquia werd niet meer gebruikt: de boel stond droog en regelmatig moesten we er even uit om om een boom heen te lopen die dwars door de bodem groeide.
Soms liepen we rechtdoor, soms met een scherp hoekje. En vlak om één hoekje gebeurde het. Marleen zag, lekker vooruit kijkend, uit haar ooghoeken iets op de grond. Ze vertraagde het neerzetten van haar rechtervoet een fractie van een seconde en keek direct daarop naar beneden. Het was al te laat! Een forse gitzwarte slang, zeker 1,5 lang, was met een woest gekronkel bezig zich om haar onderbeen te wikkelen!
Marleen probeerde, hinkend op één been, de slang van haar been te schudden, door rondjes te draaien met haar onderbeen. Met een breedte van 50 cm geeft zo'n séquia niet veel ruimte om te schudden en te draaien, dus het duurde even voordat de slang in de gaten had dat-ie echt niet welkom was.
Hans had ondertussen (we zijn nu 2 tot 3 seconde later),het tafereel voor zich nauwelijks tot zich kunnen nemen, maar sprong in een reflex op de rand van de séquia. Marleen had zich inmiddels omgekeerd en schudde met een laatste woeste limbo-beweging de slang van zich af, waarop het beest door de lucht vloog, onder Hans zijn benen door, op de grond kwam en vervolgens met een noodgang er vandoor ging.
We hebben het dier niet meer gezien, maar de uren ná de ontmoeting klepperden we alleen maar over hoe het beest zich om Marleen's onderbeen wikkelde, waar we twee pal naast elkaar liggende gaatjes inspecteerden om er zeker van te zijn dat het géén slangenbeet was. En nu de vraag: welke slang was het en hoe giftig? De opluchting onder onze lezers zal groot zijn omdat we kunnen melden dat het "slechts" om de de geelgroene toornslang (Hierophis viridiflavus) ging, niet giftig, maar wel agressief!
|
Geelgroene toornslang (Hierophis viridiflavus). Plaatje van internet geplukt. In de consternatie zijn we niet in staat geweest het moment suprême zelf te vereeuwigen ... |
En om te bewijzen dat we écht niet alleen maar naar beneden hebben gekeken, hier nog wat foto's van de (wijde) omgeving.
|
Montgó vanuit de Sierra Segaria |
|
Kogelbloem (Globularia punctata) |
|
Duizendguldenkruid - (Centaurium quadrivolium) |
|
Rijstvelden |
Valencia
Moet je gezien hebben! Dat hoorden we van meerdere mensen en daarom gingen we, op de terugweg naar het noorden, eerst naar deze bijzondere stad. Het was even een bezoeking om ons onderkomen van twee nachten te bereiken: uitgerekend op de dag van onze aankomst, hadden ze de jaarlijkse marathon georganiseerd. Een populair uitje voor de haastige mens, zo bleek.
|
Ook op TV goed te zien: ondoordringbare mensenmenigte. |
Een uur lang probeerden we voorbij onze immer voortsnellende medemensen te geraken, telkens stuitten we op wegversperringen, nooit voorzien van vriendelijke bordjes met aanwijzingen richting omleidingen. Moegestreden en verslagen door het onnavolgbare Spaanse systeem hebben we uiteindelijk de auto vlak bij het Turia park geparkeerd (een aardige woordspeling, eigenlijk). Beetje banjeren in de middagzon en de marathon uitzitten, er zijn slechtere manieren om je zondagmiddag te besteden. Zie maar: klik!
|
In het oude centrum van Valencia |
Wat later hebben we een betaalbaar tapas-restaurant opgezocht, wat ook nog niet meeviel. Gelukkig vonden we een prima tentje, veel Spanjaarden buiten op het terras, altijd een goed teken, vooral wanneer je in Spanje bent: Convento II. Bewegende beelden: klik!
Voor de liefhebbers van Google streetview: hier de link, kun je nog eens virtueel omdraaien en het terrasje in het parkje zien: klik!
Tevreden pensionado's aan de tapas!
Jardín del Turia
Een gedurfde visie. Dat is waarvan de Turia tuin de uitkomst is. Ooit een rivier die dwars door de stad liep, waarbij flinke overstromingen voor schade en andere overlast zorgden. Plannen om de rivier te dempen en er bv een grote weg in aan te leggen werden afgewezen. Nu ligt er een kilometerslange stadstuin met sportvelden, speelveldjes, fiets- en wandelpaden, boompjes, struikjes, een oase in een drukke stad. Kortom: wat de stad leefbaarder maakt en houdt.
Stad van Kunst en Wetenschap, een opeenvolging van architectonische hoogstandjes waar we overdag en tegen de avondschemering uitbundig de mond bij open laten vallen. Een vergelijking met het natuurschoon dat we tijdens de wereldreis hebben gezien dringt zich op: je moet het zien, want woorden schieten te kort. Gelukkig heeft Marleen het oog en maakte ze een serie prachtopnames. Sowieso de foto van de Pont de l'Assut de l'Or, bovenaan dit blog en de foto's hieronder:
|
De passage langs het Palau de les Arts Reina Sofía |
|
Palau de les Arts Reina Sofía, het opera-gebouw |
|
Van voor naar achter: Hemisfèric (IMAX-bioscoop), Museu de les Ciències Príncipe Felipe (Wetenschapsmuseum), de Pont de l'Assut de l'Or en de Àgora (evenementengebouw) |
|
Waterpartij voor de Hemisfèric |
Vooruit! Omdat het zo aardig oogt: twee selfies voor de Hemisfèric en het Museu de les Ciències.
Na zoveel Wanderlust, waarbij we ook nog eens de botanische tuin hebben bezocht. werd het tijd voor een glaasje wijn in een relaxte omgeving. We liepen zomaar Cafe Balli tegen het lijf. Vooral op de bovenverdieping is het prima zitten. Lekkere banken, geen geblèr van een TV. Echte aanrader, dus hier is de website: klik!
Museo Fallero
Was dat alles? Nee hoor, we zijn ook nog naar het Museo Fallero geweest (website: klik!), het museum dat de geschiedenis vastlegt van het grootste festijn van Valencia: Las Fallas. We zouden er van alles over kunnen vertellen, ware het niet dat we het nog nooit zelf meegemaakt hebben. In grote lijnen komt het er op neer dat bewoners van verschillende wijken prachtige beelden maken, die drie weken lang tentoongesteld worden. Daarna gaat alles in vlammen op, behalve het beeld dat als mooiste wordt gekozen, dat gaat in zijn geheel, of gedeeltelijk, naar het museum. Aardig museum.
Dan zijn we óók nog naar het Museo de Bellas Artes de Valencia (Museum der Schone Kunsten, klik!) en het Institut Valencià d'Art Modern | IVAM (klik!) geweest. Laten we deze bezoekjes samenvatten met de veelzeggende uitspraak: over smaak valt niet te twisten. In meerdere gevallen leek het paneel waarop werd uitgelegd wat we zagen, een kunstig aan elkaar gekletste spagetti van wollige volzinnen.
We moesten terugdenken aan ons bezoek, jaren geleden, aan het Musée de l'Orangerie in Parijs. Daar hing in een ronde hal, naast een stuk stijger, een stukadoorsprofiel aan een ijzeren draad aan het plafond. We vroegen ons af of er verbouwd werd, maar het profiel bleek onderdeel van een installatie te zijn.
Het ligt aan ons, denken we dan maar.
Valencia centrum is leuk om doorheen te struinen, al is het wel een verkeersdrukke stad. We hebben geen openbaar vervoer genomen, zó groot is het centrum nou ook weer niet.
|
Op het plein voor het gemeentehuis |
Onda en Ayódar
Nooit van gehoord zeker?! De oma van Tomás, een van onze Spaanse huurders, heeft ons zó maar aangeboden om een weekje in haar nu leegstaande huis in Ayódar door te brengen: een klein dorpje tegen een bergachtig natuurgebied aan. Leuk en lief hè! We reden eerst naar Onda, waar de ouders van Tomás Casa Pau uitbaten: een bocateria / cafeteria. In goed Nederlands: een koffietentje waar je ook broodjes kunt bestellen. Elke dag open vanaf 05:00! Alleen al daarom verdient Casa Pau deze link naar Google Streetview: klik!
En hartstikke aardige mensen! Na een rondleiding door Onda namen ze ons mee uit eten in restaurant Palmito (klik!) en regelden bij de lokale VVV wandelkaarten voor de omgeving.
|
Samen met de ouders van Tomás in Casa Pau, Onda |
|
Uit eten in restaurant Palmito, Onda |
|
In Onda |
Onda
Boodschappen doen bij de Mercadona in Onda? Levensgevaarlijk. We reden de ondergrondse parkeergarage in, rechtdoor, waarna we merkten dat we verkeerd zaten: in het gedeelte van de garage dat voor de bewoners van de bovengelegen appartementen bestemd was. Geen probleem, denk je dan, gewoon terugrijden. Ja duh ... zowel de ingang als de uitgang zaten dicht met een niet voor reden vatbaar rolluik. Je kunt dan gaan toeteren, knopjes op een display indrukken alsof je er verstand van hebt, paniekeren, of hopen op een reddende engel in de vorm van een jongedame die binnen kwam tuffen en met haar kekke afstandsbediening het rolluik van de uitgang opendeed.
Nu we dit zo teruglezen leek het eigenlijk spannender dan het misschien was ...
Museo de Ciencias Naturales El Carmen de Onda (klik!)
Je moet het meegemaakt hebben! Het natuurmuseum van Onda. Nog nooit hebben we zo veel opgezette dieren bij elkaar gezien, allemaal keurig verdeeld in thematische displays ("Afrika", "Noordpool", "Roofvogels van Spanje", etc.), honderden en honderden opgeprikte vlinders, een vitrine met slangen, een werkelijk prachtige vitrine vol met blokjes hout uit alle werelddelen, helaas niet aan te raken, een verdieping vol skeletten, mineralen en nog veel meer. Het deed een beetje denken aan het Haagse Museum voor Onderwijs uit de jaren 70, een begrip voor wie er ooit geweest is.
Het moet voor een bevlogen leerkracht en een enigszins geïnteresseerde klas een feest zijn om hier te zijn en álles uitgelegd te krijgen. Je houdt dan toch elke keer een groep kinderen over die van alles willen worden als het maar in de natuur is en spannend en zo.
Dat hoop je dan toch?!
El Castillo de Onda (klik!)
Onda pronkt met een flinke kasteelruïne. Deels gerestaureerd, deels nog in puin. Niet gek als je even een lijstje maakt van alle oorlogen en ander gedoe dat gepasseerd is sinds ten tijde van de Moorse overheersing de eerste steen (in de 10e eeuw!) gelegd werd (klik!).
|
Het kasteel met 300 torens ... Onda |
|
Uitzicht over het oude gedeelte van Onda |
Ayódar
Typisch klein Spaans dorp. Families die er al generaties wonen, maar ook families waarvan verschillende kinderen naar elders (meestal Barcelona of Valencia) zijn verhuisd. Eén winkel, één café/restaurant, een campinkje, een paar huur-appartementen en verschillende waterbronnen waarvan op pleintjes ín het dorp getapt en genoten kan worden.
Een flesje bier, een glas wijn en een schaaltje pinda's. Samen voor € 2,80.
Het stroompje waar het dorp aan ligt is deels omgeleid naar een inmiddels in onbruik geraakte wasplaats: de Lavadero Municipal de Ayódar
|
De gemeentelijke wasplaats! |
|
Zo zag het er ooit uit in de wasplaats. |
De weg vanuit Onda loopt tot iets verder dan Ayódar zelf en is nooit druk. De omgeving is prachtig, hoge heuvels (of lage bergen, zo je wilt) tot een kleine 1000 meter. Overal wandelpaadjes in het Parc Natural de la Serra d'Espadà (klik!), deels ontginningswegen, maar ook piepkleine slingerpaadjes die je naar plekken brengen waar "stilte" nog met een hoofdletter geschreven wordt. Echt mooi hoor. Kijk maar even mee op de video: klik!
|
Dophei (Erica multiflora) |
|
Selfie time in Parc Natural de la Serra d'Espadà |
Alle wandelpaadjes staan keurig op onze gevierde wandel-app, Locus-maps (klik!). De laatste wandeling ging het echter mis. In goed Spaans: ¡Salió completamente mal! ¡Muy mal!
We waren negen kilometer onderweg en stonden bovenaan een flinke heuvel, het hoogste punt in de wijde omgeving. Het was al redelijk laat in de middag, een uur of vier, prachtig weer, begin december, over twee uur zou het al flink schemerig zijn. Geen probleem, want we zagen beneden Ayódar al liggen - één lange afdaling naar beneden en we waren in het dorp, waar de fles Pacharán en de houtkachel geduldig op ons wachtten.
Kink in de kabel: het pad, de lange afdaling naar beneden, bestond alleen op de kaart en niet in werkelijkheid. Een virtuele afdaling zeg maar. We hebben het nog een klein half uur geprobeerd maar het was gevaarlijk én onmogelijk om af te dalen. Dus: met rasse schreden, lees: in noodtempo omgekeerd en ijlings dezelfde weg terug lopen en rennen. Een kleine twee kilometer vóór het dorp zag Marleen in het halfduister nog een bordje dat ons naar een paadje wees waardoor we een stuk konden afsnijden.
|
Het pad dat wel op de digitale kaart, maar niet in het echt bestond ... |
We kwamen veilig beneden, maar waren we een uur later geweest, dan was de afdaling al snel te gevaarlijk geworden ....
Dus: vertrouw nooit alleen maar op de kaarten van openstreetmap.org, maar ga je de bush in, koop dan ff een kaart zeg. Paar euro voor een boel veiligheid.
De volgende dag hebben we het rustig aan gedaan, in de vorm van in de zon relaxen op het
dakterras. Ook niet verkeerd, want zo zagen we op de heuvels van de vorige dag zestien vale gieren zich aan een karkas te goed doen. Een prachtig gezicht hoe die enorme vogels vanuit alle hoeken aan komen glijden om een hapje mee te eten. Hoe wéten ze waar en wanneer het etenstijd is?!
|
Genieten op het dakterras in Ayódar |
Terug naar Nederland
Via de Pyreneeën rijden we terug naar Frankrijk en daarna door naar Nederland. We rijden voor 100% over de secundaire wegen of over snelwegen waar niet voor betaald hoeft te worden. Zowel in Spanje als in Frankrijk passeren we veel dorpjes die langzaam maar zeker een stille dood sterven. Verlaten en soms ingestorte huizen, afgesloten bedrijfsterreinen. Het weer onderweg is, zoals Hans dat noemt, brillig, uit een kort SF verhaal van Lewis Padgett:
't was brillig en de slijdende toven
gierden en ginderden op de ginder
heel mimsy waren de borogoven
en de dwaalvarks bluifden slinder
De Route National rijdt dwars door kleine dorpskernen en maakt het leven daar niet prettiger. De groepjes "gele hesjes" die we onderweg tegenkomen, protesteren blijkbaar ergens anders tegen, want we vinden ze slechts op koude en winderige rotondes buiten de kernen, waar ze zich met een pietepeuterig vuurtje warm proberen te houden.
De weken na thuiskomst hebben we meer regen dan de twee jaar daarvoor, maar genieten we ook uitgebreid en opgetogen van de kinderen, familie en vrienden.
|
Soms, steeds vaker, verlangen we terug .... |
Voorlopig thuis
Dit blog is voorlopig het laatste. De komende maanden zijn we, op een paar losse tripjes na, thuis. In het najaar willen we weer voor langere tijd op stap: naar Chili, Argentinië en de Galapagos eilanden. Kost duur! Daarom moet er gespaard en gespaard worden. We hopen dat jullie ook die reis met ons willen meebeleven en zien jullie graag weer terug!
XXX van Hans en Marleen
PS Missen jullie ons nu al? Begin gewoon een beetje opnieuw en lees wat selfies terug!
Hieronder, van links naar rechts en boven naar onder:
Valencia (dit blog) - Nepal / Langtang (klik!) - Grand Canyon North Rim (klik!)
Travers-Sabine circuit, NZ (klik!) - Vanoise, Fr. (klik!) - L'Ampolla / Els Ports (klik!)!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten