zaterdag 22 oktober 2022

De mooie laatste loodjes van Sardinië


Perda 'e Liana: een heuse butte

Een butte is een geïsoleerde heuvel met steile, vaak verticale wanden en een smalle, redelijke vlakke top. Dus. Als deze definitie uit Wikipedia nog geen beelden tevoorschijn tovert, kijk dan naar dit plaatje:



Dit zijn drie iconische buttes die Marleen in juni 2018 fotografeerde in Monument Valley (klik! voor die blog-pagina).


Alleen al vanwege de herinnering aan dit tafereel reden we naar Montarbu, om daar een wandeling te maken (weer uit het Rother wandelboekje) waarbij we Sardijnse buttes zouden zien, hier tacci geheten.

De heenreis voerde ons er op enige afstand langs. Mooi ding toch?!

Perda 'e Liana


Parkeren bij de bosbeheerder en op pad! Het eerste stuk door gemengd bos, dus geen uitzicht op eventuele tacci's. Dan hoger en hoger, tot we niet hoger kunnen en op Pizzu Margiani Pubusa zijn, 1324 m hoog en voorzien van een uitkijkpost van de bosbrandbestrijding.


Pizzu Margiani Pubusa


Tot in de verste verten en dat is hier best ver, geen andere tacci, butte, tafelberg, inselberg of wat dan ook te zien, behalve Perda 'e Liana. Maar die hadden we al gezien…

We maken een praatje met de bosbrandwachter, aardige kerel, die voor zijn dienst elke keer de klim omhoog moet maken. Gelukkig voor zijn knieën gebruikt hij, net als wij, wandelstokken. Minder high tech dan de carbon poles van ons, maar niet minder functioneel: twee bezemstelen!

En hop! Daar gaan we weer naar beneden, om tot de ontdekking te komen dat het laatste stuk, wat officieel het eerste stuk is, prachtig is! We lopen langs een klein riviertje, de Rio Ermolinus, die rustig naar beneden meanderende, zich soms ondergronds een weg baande door het fraaie geërodeerde karstgesteente, om een stuk lager weer tevoorschijn te komen. Mooi, mooi, mooi. Er komt ook een endemisch forelletje voor, die zich helaas niet heeft laten zien.

Dat geldt ook voor de tacci's die we op het menu hadden verwacht. Blijkbaar menu niet goed gelezen!


Nuraghe Ardasai

Onderweg komen we de overblijfselen van deze nuraghe tegen, die dateert uit de Midden-Bronstijd (1500-1200 voor Christus). Op Sardinië zijn honderden van deze restanten te vinden, ooit als fort gebouwd door het nuraghevolk. Vrijwel allemaal zijn ze inmiddels ingestort, gesloopt dan wel netjes afgebroken - veel van de stenen zijn hergebruikt door latere bewoners van het eiland. Voor wie er meer over wil lezen: hier is een link naar Wikipedia: klik!


Nuraghe Ardasai


San Sperate: keiharde muziek

Maar eerst: Baradili. Klein dorp te midden van uitgestrekte akkers. Het gaat ze goed: van voetbalveld tot zwembad, trimbaan, openbaar fitnessveld, geen vuilnis op straat en een camperplaats met gratis water, WC, warme douche en elektra (€2,- voor 8 uur). Heerlijk! 


Koninginnenpage

Kappertje (Capparis spinosa)

Baradili

Daarna door naar San Sperate, meer specifiek naar de Guardino Sonoro, de tentoonstelling van het werk van Pinuccio Sciola, Sardiniës meest toonaangevende kunstenaar.

Naast de bijzondere ingeving om zijn dorp, samen met de bewoners, om te vormen tot een museumdorp, wat veel muurschilderingen opleverde, had Sciola een voor ons volledig nieuw concept bedacht: de rotsen van Sardinië geluid laten voortbrengen. Uiteraard wordt in de tentoonstelling alles van wollige teksten voorzien:

"De diepere betekenis van deze werken is om uit de meest levenloze vorm die op aarde bestaat, de steen, een van de meest vitale essenties: de stem en het geluid voort te laten komen. Hierdoor kunnen reeds bestaande stemmen die gedurende miljoenen jaren 'gevangen' waren, gehoord worden."

Dus.


We hebben tijdens de rondleiding een kort filmpje geschoten: klik!


In Giardino sonoro





Monte Arcosu

Dan weer naar rotsen die nog nooit een diamantzaag gezien hebben. Feitelijk vlak buiten de hoofdstad Cagliari ligt een door het WWF bestiert natuurgebied: Oasi WWF di Monte Arcosu. Een prachtige wandeling, deels door een droge rivierbedding, deels tussen lage steeneiken door, met vergezichten op volledig beboste heuvels. Een klein paradijs, waar we, zoals zo vaak, onderweg niemand tegenkomen. Check!






Pan di Zucchero, due volte.


Op weg naar Pan di Zucchero.

Het plaatsje Nébida wordt in de gidsjes genoemd als voormalig centrum van de mijnbouw aan de westkust. Daar is sinds eind veertiger jaren niets meer van over. Wat nog wel te bewonderen is, is de steile rotskust met diepe inhammen, een prachtige zee en een van het vasteland los geërodeerde rots: Pan di Zucchero, het Suikerbrood.


We doen twee wandelingen uit de inmiddels vermaarde Rother gids, gewoon omdat het zo mooi is! Niet overal, natuurlijk: een half uurtje buiten Nébida komen we langs een fraai baaitje, waar vijf campertjes min of meer neus-aan-kont staan en de bermen van het smalle paadje voorbij hun stek vergeven is van het WC-papier, waarbij we vaker dan ons lief is nog kunnen meegenieten van de weggebrachte boodschappen. 

Uiteindelijk komen we uit op een prachtig strand met zicht op Pan di Zucchero. We nemen een pauze en genieten van ons uitzicht en onze koffie met....?







Zeevenkel (Crithmum maritimum)


De tweede wandeling brengt ons nog dichter bij het 'Suikerbrood'. We staan dan bovenop de kliffen, 200m boven het topje van het brood.


Zomaar weer een hele leuke spontane ontmoeting!





Pan di Zucchero. Mooi!



Spiaggia Is Arutas

"Honderden meters turquoise zee en ultradunne kwartskorrels, vergelijkbaar met rijstkorrels, in een prachtig kleurenpalet variërend van groen tot wit en delicaat roze.

Is Arutas is een van de juwelen van het zeegebied van het schiereiland Sinis"

Ja ja, je leest wel eens wat! Wij naar Is Arutas. Vroeg op, prachtig weer, mooi zonnetje, alle ingrediënten voor een turquoise zee en kwartskorrels in een prachtig kleurenpalet zijn aanwezig…


Zandlelie (Pancratium maritimum)




Beetje gehyped. We hebben de auto op één van de acht gratis parkeervakken gezet, een paar minuten lopen tot het strand. We passeren de honderden plaatsen voor betaald parkeren, die overal in het duingebied zijn aangelegd. Het randje kwartskorrels is enkele meters breed, is vooral wit en gaat snel over in grauwig zand. Het spul is lang niet zo fonkelend als gedacht, voelt wel apart onder de voetjes en blijft, in tegenstelling tot gewoon strandzand, niet onder je voeten en tussen je tenen plakken.

Tussendoor even een plasje doen in het enige toiletgebouw dat er is: € 1,- per plasje…


We concluderen dat Is Arturas een aardige attractie is, maar vooral gebruikt wordt als een geldmachine voor het aanpalende dorp. Sla je het over, dan mis je niet heel veel. Kun je mooi nóg een keer naar Pan di Zucchero gaan kijken!




Een kwal. Dan is de Italiaanse naam toch mooier: Medusa


Drieteenstrandloper


Opgedroogd zoutmeer

Punta Catirina

Omdat het weer aan de westkust prut wordt, steken we het eiland dwars over en landen vlak bij het plaatste Lula, waar we eerst maar eens overnachten op een mooi vlak stukje land, waar we gezelschap van een paar passerende koeien krijgen. Dat is wel een rode draad, deze reis!
Gelukkig zitten we aardig uit de wind en slapen we daardoor rustig - iets verder om ons heen waait het beestachtig. Vol goede moed starten we de volgende dag met onze voorlaatste wandeling op Sardinië: op naar Punta Catirina. Niet heel hoog, 1127 meter boven zeeniveau slechts, maar woest en ledig en vol in de nu écht stormachtige wind.

Het eerste stukkie is door een steeneiken-bos, dan via een zadeltje een prachtige hoogvlakte over om vervolgens een zijpaadje te pakken naar de top. We waaien nog nét niet uit onze verschoning en moeten het eerste deel van de afdaling (wat via een andere route dan de heenweg loopt), enorm oppassen om niet van de gladde kalkstenen platen afgeblazen te worden. We hebben een filmpje, maar weest gewaarschuwd: harde wind klik!




Bovenop Punta Catirina



Om het onszelf makkelijk te maken, rijden we na de wandeling door naar Gala Gonone, waar we al eerder hebben overnacht. Het weer is hier OK, het verkeer is luidruchtig, dus zijn we blij dat we een dag later verder kunnen naar een wel heel bijzondere boom: de oudste boom van Italië.


Olivastro di Luras

Met een omtrek en een hoogte van een meter of 12 is deze boom een forse knaap. En hartstikke actief op z’n ouwe dag, niks achter de geraniums. De boom staat vol in blad en is zwaar beladen met kleine, wilde olijfjes - die overigens niet eetbaar zijn, want hartstikke zuur, de vader van Hans zou gezegd hebben: ‘daar trekt je bek scheef van’. Zo zuur dus.




En oud! We komen van alles tegen. Een website over monumentale bomen van Italië spreekt over 3000-3500 jaar oud. De jongedame die ons een introductie geeft, heeft het over 3000-4000 jaar. Het infobordje zegt 3000 jaar, plus of min 1000 jaar. Tja, wat is het nou? De boom is nooit écht gedateerd, zoals dat hoort via de dendrochronologie, ofwel de wetenschap die levend of dood hout dateert, o.a. aan de hand van jaarringen (trouwens, een uiterst lezenswaardig boek hierover is dit: Wat bomen ons vertellen, van de internationaal vermaarde Vlaamse Prof. dr. Valerie Trouet.)

Hoe het ook zij: de boom is majestueus, indrukwekkend, ontzagwekkend, taai, volhardend. En oud, heel oud.


Parco di Porto Conte

We besluiten om de laatste dagen op Sardinië aan de noord-westkant door te brengen en onze laatste wandeling voor deze reis daar te maken. Last but not least, zoals ze op Sardinië zeggen.

Onderweg komen we de oudste kerk van Sardinië tegen. Hij dateert uit 1112.

Oudste kerk van Sardinië, Basilico di Saccargia



Deze laatste wandeling laat ons ook weer verrassen, wat een uitzichten, wat een kleuren en wat boffen we weer!







Alghero

De dag voor vertrek is het dan eindelijk zover, we gaan een last-minute pizza eten! Echt de allereerste hele ronde pizza van deze reis! Alghero is trouwens een mooi stadje waar een hoop te zien is en waar een hoop te eten valt.






Ze hadden ook nog bij een leuk tentje op het terras langs de boulevard, de mogelijkheid om een fles champagne te bestellen voor slechts 300 euro, wat Hans (Haagse krentekakker) niet zo'n goed idee vond en wat Marleen (ruimdenkend) dan weer niet begreep!

Naar Spanje: varen op Barcelona



De beste koffie op aarde voor €1,30. Heerlijk land, Italië. Maar de overtreffendste trap is het tarief voor de veerboot van Sardinië naar Barcelona. Ongeveer 560 km varen, 2 personen, onze behoorlijk forse reisauto. Enkele reis: 110 euro. Vergelijk dit met een tochtje vanaf Harlingen naar Terschelling. Via de lange route 43 km, meer niet. Even afrekenen? Minimaal 130 piek, wintertarief is hoger. Daarmee is zo'n boottochtje in Nederland makkelijk 15 keer zo duur als in Italië. Kan iemand even uitleggen waarom?


Boekie lezen, rondje lopen, koffietje nemen, filmpje kijken, het is even varen: 12,5 uur. Veel honden aan boord deze keer, die door hun baasjes de hele dag overal op het dek werden uitgelaten. Al na een paar uur was het oppassen geblazen om niet dwars door de rommel te lopen. Gatver! S.echts enkelen gebruiken een zakje.

Een uurtje voor aankomst zagen we nog 3 dolfijnen uit het water springen, altijd leuk.

Aanmeren, we zuchtten door de chaos van het ontschepen, het gekkenhuis van het verkeer rond de haven, maar dan zijn we op de snelweg naar het zuiden! We tanken nog even (€ 1,49 per liter. Hemels), overnachten op een picknickplaats en rijden dan door naar het zuiden.


Na zes maanden reizen door Duitsland, Oostenrijk, Slovenië, Kroatië, Bosnië-Herzegovina, Montenegro, Albanië, Griekenland, Noord-Macedonië, Kosovo, Italië en Spanje hebben we zin om even een tijdje op een vaste plek te zitten. Niet meer checken of we water, benzine of eten genoeg hebben, niet meer met 1,5 l water in de douchetent afspoelen, maar een échte douche. Niet meer uitzoeken waar we de komende nacht gaan slapen: dat weten we al! Eten koken? Niet eerst een paar Curver bakken verplaatsen om bij de pannetjes of voorraad te kunnen en de benzinebrander op druk te brengen en aansteken, maar kastjes en inductie, dames en heren! Wat een LUXE! We doen dat in een appartement in Dénia, waar we al eens eerder een deel van de wintermaanden hebben doorgebracht.


We hebben eindeloos genoten van de immense vrijheid die nog steeds mogelijk is in zuid-oost en zuid Europa, gebieden waar we zeker ooit terug zullen keren!


Ontbijtje op de pier in Denia.


En even langs ons 'vaste' bakkertje!

En hier eindigt dan ons blog van deze reis. Volgend jaar reizen we verder. We hebben het afgelopen half jaar hiervoor al mooi kunnen sparen. Benieuwd naar het reisdoel? Hieronder alvast een zoekplaatje … tot ziens!